SCHIEDAM- Ieder moment kan nu de Raad van Arbitrage Bouwgeschillen komen met een uitspraak over wie aansprakelijk is voor de verzakkingen van sportpark Willem-Alexander in Schiedam. Dat is althans wat men verwacht op het stadskantoor. Eerder werd gedacht dat het arbitrale vonnis zou worden uitgesproken in de eerste helft van dit jaar.
De gemeente Schiedam en Rijkswaterstaat zijn in december 2020 een juridisch proces gestart bij de Raad van Arbitrage tegen de aannemerscombinatie A4All, de bouwer van het sportpark op het dak van de Ketheltunnel in de A4. De twee eisen dat de aannemerscombinatie wordt veroordeeld tot het herstel van alle gebreken, versterkt met een stevige dwangsom.
De gemeente stelt zich op het standpunt dat het sportpark door de verzakkingen niet de kwaliteit heeft die het zou moeten hebben. Daarnaast heeft de gemeente voor de toekomst zorgen over het nog steeds toenemen van de verzakkingen. Daarom is er bij de aannemerscombinatie op aangedrongen een herstelplan te maken dat de gebreken duurzaam wegneemt, maar A4-all zou geen compleet plan hebben gepresenteerd, dat aan deze wens beantwoordt.
In augustus 2018 is besloten een van de voetbalvelden korte tijd te sluiten. Nadat het gevolg van de verzakking was verholpen, is het veld weer in gebruik genomen. Op dit moment kan het sportpark, met uitzondering van vier indoor atletiekbanen, normaal worden gebruikt. De gemeente en de beheerstichting controleren het sportpark nog altijd nauwgezet op een eventuele toename van de verzakkingen.
Ook Rijkswaterstaat heeft een rol in het geheel; de aannemer heeft namelijk een overeenkomst met Rijkswaterstaat met betrekking tot het casco; de overeenkomst tussen de gemeente Schiedam en A4All gaat over het sportpark zelf. De gemeente is om die reden ook in gesprek met Rijkswaterstaat.